Angst voor wat er kán gebeuren
We zijn zo gewend om altijd maar rekening te houden met ‘later’. We willen onszelf veiligstellen door te zorgen dat we genoeg geld hebben. Uit angst timmeren we alles dicht, sluiten verzekeringen af en zijn op ‘alles’ voorbereid. Welk rampscenario je ook noemt, we hebben er rekening mee gehouden. Je weet maar nooit wat er kan gebeuren.
Je weet maar nooit wat er kan gebeuren.
Je weet maar nooit wat er kan gebeuren.
Hoor je hoe je die zin op verschillende manier kunt uitleggen?
‘Het is mogelijk dat er ingebroken wordt’ is een manier.
‘Het is mogelijk dat ik een miljoen euro win’ is een manier.
Ik kan morgen onder een auto komen
Positief of negatief, ze zijn allebei even waar. Op de zin ‘Ik kan morgen onder een auto komen’ kun je ook verschillend reageren.
Als eerste met: ‘YOLO!’ (You Only Live Once). Het betekent dat je maar nooit weet wat er kan gebeuren, dus wil je van elke minuut genieten. Deze instelling zorgt ervoor dat je je geen zorgen meer maakt, maar de kans is ook aanwezig dat je roekeloos gedrag gaat vertonen.
Wanneer je bang bent om dood te gaan door een aanrijding, kan een andere reactie zijn om het verkeer op drukke tijden te mijden. Je kunt proberen zo min mogelijk over te steken, je kunt een metalen pantser dragen, je kunt voor altijd binnen blijven. Alles om te zorgen dat je niet onder een auto komt. Is het erger om een kans te hebben overreden te worden of is het erger om in angst te leven?
Wat als het mis gaat?
Dit lijkt een bizar voorbeeld, maar in het echte leven zijn we constant bezig met anticiperen op ‘wat er zou kunnen gebeuren’, op een negatieve manier. Een dodelijke zin hierbij is: wat als.
Wat als je iets stoms zegt als je leuke buurman je aanspreekt?
Wat als je niet genoeg vitamines en superfoods binnenkrijgt?
Wat als je thuis blijft in plaats van naar het feestje te gaan?
Omdat je bang bent voor wat er zou kunnen gebeuren, ga je jezelf in de meest vreemde bochten wringen om dat niet mee te hoeven maken.
De angst houdt je op je plek
Stel, je baas waardeert je niet. Hij commandeert je in het rond en neemt al je harde werk voor lief. Je hebt het gevoel dat je niet anders kan. Want…
Wat als je hem de waarheid zegt? Dan is hij ontevreden over je en zal hij er alles aan doen om je te ontslaan.
Wat als hij je ontslaat? Dan heb je geen inkomen meer en kun je je huur niet meer betalen.
Wat wat als je je huur niet meer kan betalen? Dan word je je huis uitgezet.
Wat als je je huis wordt uitgezet? Dan ben je dakloos en vind je geen baan.
Wat als je dakloos ben en geen baan vindt? Dan ben je hongerig, ongelukkig en zal je steeds verder afglijden.
Dat zou een gedachtegang kunnen zijn. Het is uiteindelijk de angst dat je hongerig en ongelukkig zal zijn en steeds verder zal afglijden, waardoor je niet tegen je baas in gaat en genoegen neemt met een baas die je niet waardeert.
Mijn angst werd werkelijkheid
Voor veel mensen is het verliezen van hun huis een worst case scenario, zo ook voor mij. Eén van de terugkerende gesprekken met mezelf was: ‘ik kan A of B kiezen, áls ik maar genoeg geld heb om m’n huur (later werd ‘huur’ vervangen door ‘hypotheek’) te betalen’. De noodzaak om daar genoeg geld voor te hebben had veel invloed op keuzes die ik maakte. Op zich een redelijke wens, helemaal niks mis mee.
Tot het moment aanbrak dat ik inderdaad geen huur meer kon betalen: ik ging bij mijn toenmalige vriend weg en ik had geen inkomen of spaargeld. Niet zo slim, zou je zeggen? De situatie was zo, dat we een jaar daarvoor ons spaargeld in de aankoop van een huis hadden gestopt. Mijn parttime baan had ik pas opgezegd om me volledig te focussen op mijn eigen bedrijf. Het lijkt een onhandige timing, maar misschien kwam het juist perfect uit…
Wonen zonder eigen huis
Ik werd uitgedaagd om te dealen met mijn angst om geen huur te kunnen betalen. Ik kon twee dingen doen:
1. Zo snel mogelijk een baan zoeken om een vast inkomen te hebben en een huis te huren.
2. Op een andere manier wonen en mijn droom volgen om een eigen business op te bouwen.
Door te kiezen voor de tweede optie ben ik een grote angst aangegaan. En wat bleek? De wereld verging niet. Ik was nog steeds mezelf, ondanks dat ik niet genoeg geld had om maandelijkse huurkosten te betalen. Sterker nog, er viel een last van mijn schouders. Ik voelde me zo krachtig en open en dat ik de moed had om nieuwe avonturen aan te gaan. Sinds twee jaar woon ik fulltime in oppashuizen en ondanks dat ik ondertussen prima een huis had kunnen huren, kies ik ervoor om deze levensstijl voort te zetten.
Stop met piekeren
Wat levert het een hoop vrijheid en rust op, als je piekergedachten over ‘later’ los kunt laten. Hoe je dat doet?
Wees je bewust van de ‘wat als’-gedachten.
Bedenk de positieve versie van wat er zou kunnen gebeuren.
Bedenk dat beiden even ‘waar’ zijn. De negatieve versie is niet per se waarschijnlijker of ‘meer waar’ dan de positieve versie.
Sta open voor alles dat op je pad komt.
Je weet nooit wat er zal gebeuren, dus leg jezelf niet vast. Blijf open en wees nieuwsgierig naar alles wat zich aandient, dat is pas freedom.
Deze tekst is gebaseerd op een hoofdstuk uit Thuis zonder huis, lees er hier meer over.
Deze tekst werd eerder gepubliceerd op Lekker Leven Met Minder, de gids voor geluk, vrijheid en rijkdom.